In het magazine Body Life stelt John van Heel dat slechts 20% van de mensen in een fitness zaal optimaal traint. Ik (h)erken het probleem, maar heb wel de nodige bedenken bij de voorgestelde oplossing van “5 gouden regels” voor het trainen.
“Optimaal trainen”
Toch horen we vaak dat leden hun doelen niet bereiken. Nu ligt dat natuurlijk aan verschillende facetten, beweegt men buiten het sportcentrum wel voldoende, hoe zit het met de voeding, is de frequentie van het trainen wel optimaal? Maar ook in de training zelf mogen we zoeken naar de oorzaak van te weinig resultaat. Trainen leden wel optimaal effectief? In onze opleidingen vragen wij regelmatig aan de groepen, hoeveel procent van de fitness leden traint echt optimaal in de fitnesszaal. Het antwoord is bedroevend, dat ligt gemiddeld onder de 20%. Geven we dan wel voldoende aandacht aan of men optimaal effectief traint?
John van Heel, Body Life magazine [1]
Ik zou eigenlijk denken dat 0% ‘optimaal effectief’ traint. Daarbij ga ik er dan al vanuit dat duidelijk is over welke specifieke doelstelling we het hebben en welke training ‘optimaal’ zou zijn om dit te bereiken. Er is immers geen enkele optimale training die aansluit bij iedere denkbare doelstelling van mensen die een sportschool bezoeken.
Belangrijker nog, iedere nieuwe kennis die onderzoekers opdoen, levert weer nieuwe vragen of. We weten simpelweg nog niet genoeg om te kunnen stellen wat een “optimaal effectieve training” is (voor specifieke doelen van specifieke mensen onder specifieke omstandigheden). Laten we vooral niet te hoge verwachtingen scheppen.
Gouden regels en fit facts
John is werkzaam voor de EFAA en verkoopt in zijn stuk feitelijk de opleidingen voor PT-ers van de NASM, de National Academy of Sports Medicine. Dat is natuurlijk prima. Ik denk alleen dat juist de grootste meerwaarde van de Personal Trainer, het persoonlijke advies is. Een persoonlijk advies valt per definitie niet samen te vatten in algemene regels.
Een Personal Trainer zal dus eerst vaststellen wie zijn klant is, wat diens bijzondere eigenschappen zijn en wat het doel is. De benodigde hoeveelheid rust kan bijvoorbeeld verschillen per persoon en afhankelijk zijn van de trainingsintensiteit en -volume.
De trainers van NASM zouden bekend moeten zijn met de ‘vijf gouden regels’ en deze uniform communiceren naar hun klanten. John noemt de benodigde tijd voor rust/herstel en de excentrische fase als voorbeelden van twee gouden regels.
Mijns inziens is juist de meerwaarde van een personal trainer dat deze het niet hoeft te hebben van algemene regels. Regels die misschien niet van toepassing zijn voor zijn/haar client. Als een bokser bijvoorbeeld aan krachttraining doet om harder en sneller te kunnen stoten dan is deze alleen maar geïnteresseerd in de concentrische fase en explosieve training. Ik ben een groot fan het benadrukken van de excentrische fase voor meer spiermassa. Voor het verbeteren van de concentrische fase lijkt het volgens de onderzoeken echter geen meerwaarde te bieden.
Gebrek aan kennis
Begrijp me niet verkeerd: Veel mensen in de gemiddelde sportschool zouden met vijf regels een stuk meer weten dan nu het geval is. Dat komt vooral door de keten-vorming in fitness land en de neiging om zo min mogelijk te betalen voor toegang tot een gym. Ooit hadden sportscholen nog standaard één of meerdere gediplomeerde fitness docenten of trainers rondlopen. Toen was het nog normaal als je bij inschrijving een persoonlijk schema kreeg en uitleg over de oefeningen. Ook wanneer je niet direct onder begeleiding stond, kon je er op rekenen dat je erop gewezen werd als je een oefening totaal verkeerd en/of onveilig uitvoerde.
Nu is de gym vaak niet meer dan een gedeelde ruimte met apparatuur. Je betaalt niet voor begeleiding dus die krijg je ook niet. Personeel wordt in sommige grote ketens zelfs verboden leden advies te geven.
De gouden regels die John noemt, kan je op deze blog ook vinden. Maar dan niet als een paar simpele gouden regels, maar als volledige artikelen met verwijzingen naar onderzoeken. Bijvoorbeeld het artikel over de excentrische fase. En natuurlijk zijn we niet de enige fitness blog. De informatie is er vaak wel. Mensen nemen meestal niet de moeite deze informatie tot zich te nemen.
Ik deel dus de mening dat veel mensen in de sportschool niet ‘optimaal effectief’ trainen. Maar dat is omdat ze er zelf niet voor kiezen te betalen voor begeleiding. Dat verander je dus niet door de niet bestaande begeleiding inhoudelijk ’te verbeteren’. Dat doe je ten eerste door meer mensen het belang van die begeleiding uit te leggen.
Conclusie
Ja, een paar eenvoudige regels kunnen makkelijker te verteren zijn dan een uitgebreid artikel met uitleg over wetenschappelijke onderzoeken. Mensen zijn nu eenmaal makkelijker te vangen met een eenvoudige boodschap. Met zo’n eenvoudige boodschap is ook niets mis als er verder geen enkele kennis is. Zoals gezegd: Iets is beter dan niets .
Maar wat ik niet snap dat is de missie om deze vijf regels te verspreiden onder trainers. De twee genoemde voorbeelden van rust en de excentrische fase zijn namelijk zo ‘basic’ dat je van iedere opgeleide trainer mag verwachten dat deze over deze kennis beschikt.
Het voordeel van een trainer is mijns inziens dat deze over veel meer kennis beschikt dan vuistregels. Belangrijker nog, een goede trainer weet welke kennis van belang is voor zijn specifieke klant. Een goede trainer weet wat ‘optimaal’ betekent in het geval van zijn klant.
Dat is dan ook de belangrijkste reden dat wij de Online Coaching App gebouwd hebben. Omdat we inzagen dat informatie zoals die op onze blog, nutteloos is als deze niet in de juiste vorm op de juiste plek terecht komt. Als we alles konden reduceren tot vijf gouden regels dan hadden we met een enkel artikel iedereen zijn fitness doelstellingen kunnen laten bereiken.
Referenties
- bodylifebenelux.nl/magazine/artikel/1092/19069/traint-fitness-nederland-wel-effectief?
